LIEFDESPERIKELEN
Ik was uitgenodigd op een feestje waar heel wat vriendinnen zouden zijn die ik al een paar jaar niet meer had gezien. Destijds vormden zij een hecht groepje waar mijn beste vriendin en ik ons bij aansloten nadat we elkaar in het uitgaansleven hadden ontmoet. Allemaal waren we vrijgezel – de één al verstokter dan de ander- en droomden van de liefde. Op café bespraken we de toestand van ons liefdespad – minstens zo erbarmelijk als die van de Belgische wegen. Sommigen van ons hoopten diezelfde avond nog op verlossing, in de vorm van een uitverkorene of nagelnieuw liefdesproject. Meestal kwam die niet. Op zo’n avond, nadat ik wéér had gevloekt op het kloterige gedrag van mijn ex, besefte ik plots dat ik eigenlijk boos was op mezelf. Omdat ik had toegelaten om zo behandeld te worden. Ik begreep dat ik de relatie met mezelf moest verbeteren, voor ik er één met een ander begon. Daarom trok ik om me terug uit het uitgaansleven / de liefdesjacht. Op café zou mijn leven niet veranderen. En